De winning van aardgas uit kleine velden zal de komende jaren dalen. De trend van de afgelopen jaren zet door. Dat schrijft Energie Beheer Nederland (EBN), een dochteronderneming van het ministerie van Economische Zaken, in de publicatie Focus on Dutch Oil & Gas 2016.
De productie van aardgas uit kleine velden onder de Noordzee en het vasteland was in 2015 22,4 miljard kubieke meter (m3), een daling van 7 procent ten opzichte van 2014. Zo’n 10 jaar geleden ging het nog om jaarlijks 40 miljard m3. EBN toont aan dat de dalende trend in de gaswinning doorzet. In het gunstigste scenario bedraagt de productie in 2036 nog 10 miljard m3, zie de figuur.
Horizontaal gaat het om jaartallen. De verticale as heeft een wat ingewikkelder omschrijving met de termen POS en POM. POS staat voor Possibility Of Succes: dat is de kans dat je gas aantreft in een nog niet gebruikt klein gasveld door een proefboring. POM is Possibility of Maturation: dat is de kans de aangetroffen voorraden daadwerkelijk kunnen worden gewonnen. Kortom, het gaat hier om de best mogelijke schattingen.
EBN rekent met drie mogelijkheden, drie scenario’s. BAU (business as usual) betekent dat de huidige situatie blijft bestaan met een gasprijs van 17,5 cent per m3. In het scenario met de minste winning (low case) is de gasprijs 12 cent per m3, een prijs waarbij een deel van het gas in de grond blijft omdat winning economisch niet uit kan. Het hoge scenario (high case) gaat uit van een gasprijs van 17,5 cent per m3 maar dan wel met bijvoorbeeld fracken en andere nieuwe technieken, en een sector die door goede samenwerking kosten bespaart: dan is meer winning mogelijk. Maar ook dan zal over een jaar of tien de winning weer sterk dalen.
De kleine gasvelden zullen vermindering van gaswinning uit het Groningen-veld dus niet kunnen opvangen. Maar ook de winning uit het Groningen-veld gaat hoe dan ook naar beneden vanaf 2020. In de woorden van de NAM van april jl.: “Vanaf het volgende decennium zal volgens de gehanteerde levenscyclus binnen de olie- en gasindustrie de ‘eindfase’ geleidelijk ingaan en de productie jaarlijks afnemen.” (2)
Kortom: over een jaar of tien daalt de Nederlandse gaswinning hoe dan ook aanzienlijk, helemaal los van de vraag of Groningers minder gaswinning willen.
